De Boetenbaintjes

Hunebed4


Voor vandaag stond weer een lustrumactiviteit gepland: Een mooie wandeling rond het Leekstermeer en in de Onlanden, daarna borrelen en eten bij Cnossen aan het meer en vervolgens een vleermuizenexcursie.

Vanaf het infocentrum van Nienoord vertrokken 11 BBtjes voor de wandeling. Tegen vijf uur zouden zich er nog 7 bij voegen, onder wie alle min of meer langdurig geblesseerden en nog een paar die overdag andere verplichtingen hadden.

Martha leidde de tocht vandaag in haar eentje. Annemiek, de andere helft van het voorlopersduo heeft helaas hielspoor en kon dus niet meelopen. Martha vertrouwde ons toe dat ze ’s nachts een paar keer wakker was geworden en met schrik dacht: hoe ging de wandeling ook al weer? Het voorlopen was lang geleden en bovendien grotendeels met de fiets. Maar vol zelfvertrouwen liep ze voor ons uit, met de kaart in haar hand en haar prachtige nieuwe kleurrijke wandelschoenen. Ze vertelde dat ze onlangs de laatste etappes van het Pieterpad had gelopen, maar daar niets van had gezien omdat ze steeds naar haar mooie schoenen had lopen kijken.

Het was het mooiste rustige wandelweer dat we ons konden voorstellen: zonnig en droog, geen zuchtje wind. Het eerste stuk ging over fietspaden, regelmatig hoorden we Janny schreeuwen: “Links lopen!!!” Toch moesten we af en toe aan de kant springen vanwege de vele fietsers. Er was ons koffie in het vooruitzicht gesteld in het ons welbekende Rode Hert, voorheen in de volksmond het Roze Hert genoemd (vanwege de twee dames die het bestierden) en ook wel eens per ongeluk het Hijgend Hert genoemd. De eerste keer dat we Roderwold op de ANWB paddenstoel zagen staan was de afstand nog 2,9 km. “Mooi zo,” dacht ik naief   “Dat schiet lekker op”.  Een minuut of 20 later was het ineens nog 3 km. Kortom, ik had geen rekening gehouden met de omtrekkende bewegingen die Martha in gedachten had en was dus na een paar uur lopen hard aan koffie toe en ik was niet de enige. Ik hoorde Hans zeggen dat er zo meteen veel hijgende wandelaars bij het Hijgend Hert zouden zitten. We hadden er de hele ochtend stevig de pas in gehad en zakten blij neer op het terras dat speciaal voor ons in gereedheid was gebracht. We gingen vrijwel allemaal aan de zelfgemaakte taart die ter aanprijzing “Tres bien” heette en zijn naam alle eer aandeed.

Na de koffie liepen we verder door het fraaie landschap van het Leekstermeer, veel mooi begroeide slootjes met hoge rietkragen, steeds het meer op de achtergrond, en regelmatig zagen we de skyline van Groningen. Het blijft bijzonder, dit mooie gebied vlak onder de stad. Het straffe tempo van de ochtend werd losgelaten: we zaten immers zeer ruim in de tijd. Zo kon het gebeuren dat we een uurtje na de lange koffiestop weer op een bankje neerstreken onder het kunstwerk met de eikenblaadjes en een voor ons nieuw houtsnijwerk in de vorm van een bever (nee, het is echt geen hamster!). Hier ontspon zich aan mijn kant van de tafel via allerlei associaties een pikant gesprek. Om privacy-redenen ga ik niet in details treden, maar het kwam er op neer dat de meesten van ons de drempel van Christine Le Duc erg hoog vonden, op een na, die er openhartig voor uitkwam er ook wel eens iets te kopen.

Na deze ontboezeming liepen we weer een uurtje verder tot we ons andermaal overgaven aan een ruime pauze aan het water. Het laatste stuk zouden we over de dijk langs en door het water lopen maar we moesten teleurgesteld omkeren vanwege de oranje verbodsborden van Staatsbosbeheer. Al mopperend op deze overregulering buiten het broedseizoen moesten we dus weer onzen toevlucht zoek over de fietspaden. Tegen half vijf kwamen we bij Cnossen aan waar op het terras in de zon onze twee tafels voor 18 personen al klaar stonden. De minder validen druppelden binnen en er ontstond al snel een reuze gezellige reüniesfeer. Na de borrel en het boven verwachting lekkere eten en adequate bediening moesten we weer in de benen.

Een mooie wandeling leidde ons naar de vleermuizenexpert, een wonderlijke dame, maar ze wist er veel van. Om ons in de stemming te brengen kregen we de opdracht om een tekening van een vleermuis zonder vleugels aan te vullen. Niemand bracht dat er foutloos van af maar de vleermuis van Janny had wel een heel wonderlijke metamorfose ondergaan. Haar vleermuis leek wel een elfje. In de duisternis vervolgden we de excursie met veel informatie en gewapend met bat detectoren. We zagen en hoorden veel vleermuizen maar eerlijk gezegd genoot ik minsten zo veel van de wandeling zelf door het nu donkere gebied. Het kreeg er iets prettig mysterieus door. Rond half tien sloten we deze zeer geslaagde jubileumdag af met bedankjes voor de goede organisatie van Janny, Annemiek en Martha.

Marja