De Boetenbaintjes

Hunebed4

De bedwelmende geuren en de overdadig gele kleur van het uitbundig bloeiende koolzaad waren de vaste begeleiders van het Pinksterweekend in het Teutoburgerwald. De koolzaadvelden zijn anders dan in Groningen, want het is daar heuvelachtig, en ze zijn als een Mondriaanschilderij gedrapeerd tussen de knalgroene graanakkers. Het ziet je daar inderdaad groen en geel voor de ogen! En drie dagen volop zon, mooie campings en een gezellig clubje van negen Boetenbaintjes. Volop genieten dus.

Voor Annemiek kon het weekend al niet meer stuk na de koffiestop bij een benzinestation halverwege de heenreis. "Wat een leuk en onverwacht uitje. En wat een lekkere koffie", sprak ze. Niet wetende dat het ook de enige stop was van die dag. Onderweg was er helemaal niks. Zelfs de Oranjerie, waar Jan de vorige week nog koffie had gedronken was dicht. De tocht zelf was mooi door prilgroene beukenbossen, die voldoende schaduw gaven op deze zonnige dag. En soms met doorkijkjes naar de koolzaadvelden. Met steile klimmetjes en afdalingen: om de beurt gaven we Hella een handje. Ze liep vanaf het begin zo krom als een hoepel: last van haar rug. We verdeelden een deel van haar bagage, stopten wat paracetamol in haar zelf en gelukkig haalde ze de camping.

 

    

 

Mooie, kleine, rustige camping, waar we merkwaardigerwijs 50 euro borg moesten betalen voor de sleutel van het toiletgebouw en waar een bordje hing met 'Frau duscht' en als je hem omdraaide 'Man duscht'. Snel tentjes opzetten en naar de dichtstbijzijnde kroeg voor bier, veel bier, want het was dorstig weer. Ook de witte Burgunder ging er goed in. Daarna was het tijd voor de traditonele nasi met omelet, uitjes, seroendeng en satésaus. De nasi was ruim voldoende, maar de Beilagen hadden wel wat ruimer gekund, hoewel de schaal komkommer veel goed maakte. Ook de meegezeulde flessen wijn gingen er prima in. Iedereen bleek de volgende ochtend goed geslapen te hebben. Ook Janny, die geen kussentje meegenomen had, Wim wel, maar ja dat was zijn kussentje. Margreet dacht dat ze kraanvogels had gehoord, Peter dacht dat het fazanten waren en Wim had een groot soort eenden gezien. We zullen nooit weten wat het waren.

Wim en Janny kwamen met sombere gezichten terug van het afrekenen. "Was het zo duur", vroegen wij. "Nee, Janny is haar kam kwijt". Gelukkig vond ze hem snel weer terug. Hella liep gelukkig weer redelijk recht, we verdeelden haar bagage weer en ze voelde zich de Queen of Sheba, liep de hele weg voorop, terwijl de bagagedragers achteraan sukkelden. Het was een zware dag van 21 kilometer, veel op en neer, en warm. Gelukkig wel weer die schaduwrijke beukenbossen en 2 stops. Kafe und Kuchen in het vredige en mooie Bad Essen en cola en bier in Osterkappeln. Geen enkele reden om een taxi te nemen, we waren om 5 uur op de camping.

Deze was weer heel mooi en rustig gelegen bij een natuurvriendenhuis met volledig ingericht keuken, goeie douches en koud bier. De aankomst op het trekkersveldje was wat onplezierig. Een oudere dame kwam op ons af en zei dat het een privé-camping was en wat we hier deden? "Wir haben reserviert en klagen doe je maar bij de chef", zei Wim. Ze pruttelde dat we ook vooral voorzichtig moesten zijn met haar pas geplante bloemen, en niet onze rugzakken erop moesten gooien (was trouwens ook geen sprake van) en wij liepen weg om op het terras bier te drinken. Na vijf minuten kwam ze excuses aanbieden; ze had het nagevraagd en het klopte, maar de chef had niemand geïnformeerd. Dapper dametje!

Uit eten in het vreselijk saaie, benauwde dorp Verhte. Niemand te zien op straat, in de tuin, geen geluid te horen. Beangstigend bijna. Maar de ook al traditionele Spargel waren heerlijk, evenals de royale Rumpsteak mit Zwiebeln van Hella. Gelukkig sliep ze alleen in een tentje. Toen we terugkwamen was de bar dicht, zat er wel een grote groep in een kringgesprek, wat een bloedserieuze indruk maakte, we dachten zelfs even aan een enge sekte. We durfden bijna niet te praten en gingen dus snel naar bed. Die club maakte na het kringgesprek een heel hoog en groot vuur (eng in die droogte), sleepten er een krat bier en flessen wijn naartoe en hadden een hoop lol. Toch gewone mensen dus.

De laatste dag was een makkie. Kort en redelijk vlak. We waren er voor we er erg in hadden. Mooi open landschap met de prachtige Mondriaan vergezichten, niet meer zo superzonnig, dus geen verbrandingsgevaar. Jan had het werkelijk prima gepland allemaal. Hij had ons ook de Wasserburcht beloofd. Ik had me daar een geweldige voorstelling van gemaakt, met een waterrad of iets dergelijks. Het bleek een hele oude burcht te zijn, met veel water eromheen en een slome ober. Niks geen waterpartijen, maar wel mooi. Om 3 uur zaten we aan het ijs, om 6 uur waren we thuis, bevrijdden de kippen nog even na 3 dagen ophokken, aten spaghetti, dronken een wijntje, namen een douche en sliepen heerlijk in ons eigen bed.