De Boetenbaintjes

Hunebed4

Een dagje lopen op het Groninger land verruimt je blik, waait je hoofd leeg en schenkt je spectaculaire wolkenformaties. Zo ook afgelopen zaterdag tijdens de wandeling van Zuidhorn naar Grijpskerk via Niehove en Kommerzijl. Met de weidsheid was helemaal niks mis: overal waar je keek zag je de horizon. De wind deed ook zijn uiterste best en blies je stevig in het gezicht. En de wolken? Ja, die waren er ook. Maar niet van die mooie witte in een blauwe lucht. Maar van die pikzwarte in een grijze lucht. Soms leek het even of we tussen twee zwarte luchten liepen, en er droog tussendoor konden. Maar helaas was dat niet zo: van buien tot miezerregen, het was de hele dag van dat cape-aan-cape-uit-weer.

En we hadden, ook Gronings, redelijk veel verharde wegen. Weliswaar niet zo druk, maar toch moest heel vaak het linksloopcommando gegeven worden, en werd Jo regelmatig aan zijn arm opzij getrokken om hem voor aanrijdingen te behoeden. Tussen de stukken asfalt hadden we mooie zachte en natte paden. Zoals een stuk van het laarzenpad door een weiland langs het water (Aduarderdiep?) waar regelmatig hekken stonden. Henny had te korte benen om erover te stappen en ging er dus onderdoor. Jo kon zich daar uitleven en zijn lenigheid tonen en zweefde er met gemak overheen. Ook het pad bij Electra was mooi: we liepen door een uitbundige bloemenrand langs het Reitdiep (het was bijna jammer om die bloemen te vertrappen), hadden een korte pauze in een fraaie schuilhut en gebruikte de bloemensingel ook als toilet. Want het Groninger land is niet plasvriendelijk: weinig bomen of beschutte plekjes. Je staat of zit

overal behoorlijk te kijk. Het eind van de wandeling ging door een natuurpark rondom de NAM-locatie tussen Grijpskerk en Kommerzijl. Ook hier weer een bloemrijke berm met orchideeën en grote ratelaar. Wij vermoeden dat de NAM dit park geschonken heeft om de omwonenden te verzoenen met dat lelijke gebouwencomplex, dat je vanuit de verte al kunt zien liggen, inclusief zo’n hoge pijp met vlam.

We kwamen langs hele grote boerderijen omringd door een eigen grote gracht en voorzien van die grote dubbele schuren. In het begin waren het vooral koeienboerderijen, later vooral aardappels en graan. Bij 1 van die koeienboerderijen liep de route over het erf, kwam de boer een praatje maken en zagen we buitengewoon vreemde dieren: ze leken nog het meest op minikangoeroes, een soort kruising tussen een haas en een kangoeroe. We kwamen trouwens ook een echte haas tegen, hij lag lekker te slapen in het gras, schrok zich te pletter van zo’n grote groep mensen, sprong omhoog, waardoor wij op onze beurt ons te pletter schrokken, sprong over de sloot en ging er pijlsnel vandoor.

Bijzonder was het droomhuis van Janny en Wim: een oud voorhuis met een zeer modern, haaks erop staande nieuwbouw, met grote tuin en aan het water met uitzicht op het kerkje van Niehove. Niehove is een mooi oud dorp met beschermd dorpsgezicht. Wij zaten in het café naast de kerk, een deel zat binnen en een deel zat op het terras. Dit leidde soms te verwarring, omdat terraszitters naar binnen gingen en de bestellingen niet meer klopten; bleek de koffie naar ‘binnengegaan’ en de bestelster toch weer buiten te zitten. De biologische koffie was voortreffelijk, de appeltaart was geweldig en ook de rode taart met muntblaadjes was prima. De ober leek een beetje op Waldemar uit Sonny Boy: een mooie, jonge donkere jongen, en buitengewoon gedienstig.

Het plaatselijke café in Grijpskerk was goed voor de nazit en zoals altijd hadden we weer een gemiddelde van 5.1 kilometer per uur gehaald. Ik verdenk Jo ervan dat ie zijn GPS daarop vastgezet heeft: een soort cruisecontrol.

Mariette