De Boetenbaintjes

Hunebed4

Haren1Daar begon deze winterse decemberdag mee. Was ik nog even van plan geweest om op de fiets naar het station te gaan en vervolgens met de bus naar Haren, zoals voorloper van dienst Annemiek het volgens het programma had bedacht, het gemak van de auto voor de deur won het toch weer.

En ik was niet de enige, op P&R Haren, het startpunt van vandaag, stond al een behoorlijke club enthousiastelingen te wachten. En toen moesten de busreizigers nog arriveren. Dat beloofde weer een hoge opkomst. Niet zo heel vreemd: lekker dicht bij huis dit keer en bovendien begon de dag met prachtig winterweer: het vroor een graad of 5, er was nauwelijks wind en er scheen een vrolijk winterzonnetje. Al tegen half 10 konden we op pad. Een enkeling had de bustijd niet helemaal goed begrepen en kwam bij het startpunt aan toen wij al lang en breed waren vertrokken, maar geen man over boord (of vrouw, in dit geval): ze liep vast naar de Appelbergen, zodat ze zich in onze koffiepauze bij ons kon voegen. Een mooie groep van 16, het lijkt erop dat we uit de as herrijzen na een paar magere coronamaanden.

In het begin had Annemiek nog een klein probleempje. Het streepje of pijltje van haar Gps deed geloof ik niet helemaal wat de bedoeling was maar nadat Frieda te hulp was geschoten had ze alles onder controle en liep ze zelfverzekerd en vastberaden voorop. Het hielp dat ze de wandeling drie dagen eerder had voorgelopen. Janny was daar bij maar zei vandaag verschillende keren dat ze totaal niet herkende waar we liepen. Waaruit weer eens blijkt dat andere weersomstandigheden en ander gezelschap een heel andere beleving geven.

Haren1a.jpgWe liepen door bekend terrein maar het was nu in de natuurgebieden van Haren zo prachtig door de winterse witheid dat we ons in een sprookjeswereld waanden. Tot aan de koffie bleef het mooi wit, daarna stegen de temperaturen en onderging de witte wereld een metamorfose en werd weer groen of groenig. Het tweede deel liepen we voorbij Onnen, richting Eelde en via het Friesche Veen terug. Het venijn zat ‘m als wel vaker in de staart, in de vorm van een modderig laatste stuk waar we goed de aandacht bij moesten houden als we in balans wilden blijven. En blijkbaar had niemand zin om op het laatst nog even in de blubber onderuit gegaan. Vroeger wilde dat nog wel eens hilarische taferelen opleveren, maar die tijden zijn voorbij. Meer ervaring of zijn we gewoon voorzichtiger geworden?

De gesprekken gingen over van alles en nog wat, frustratie over geannuleerde voorstellingen, verhuizingen, vogels en, het kon niet missen, de boosters. Wie, wanneer, en waar. Een déja vu eigenlijk want een maand of 8 geleden hadden we dezelfde gesprekken maar dan over de eerste vaccinaties. En ook nu weer een hoop onduidelijkheid: ze leren het nooit.

Na 21 km kwamen we aan bij het Strandpaviljoen aan het Paterswoldsemeer. Onderhand zijn we zo geroutineerd dat we de mondkapjes al om hadden voor we naar binnen gingen, telefoons in de aanslag voor de coronacheck. Laura’s telefoon bleek helaas niet tegen kou te kunnen en was leeg, maar de vriendelijke ober had mensenkennis, zag dat ze in goed en betrouwbaar gezelschap verkeerde en liet haar toe.

We bedankten Annemiek luidkeels voor deze topdag, liepen nog een kilometertje naar het beginpunt, of het eindpunt, ’t is maar hoe je het bekijkt, en ruim voor donker keerden we helemaal voldaan huiswaarts.

Marja