De Boetenbaintjes

Hunebed4

Dat was de kleur van de 2de wandeling uit de Top 5: Westerwolde met Peter. Kwamen we eerst nog langs akkerranden met een enkele korenbloem, klaproos en vooral veel kamille, halverwege liepen we langs grote velden die helemaal blauw waren van de korenbloemen en waar ook al een zonnebloem de kop op had gestoken. Peter vond ze zo mooi dat we ze twee keer rond gingen.

Of had hij een beetje last van zonverweekte hersens? Hoe dan ook, de veldjes waren prachtig, al dan niet voor de 2de keer, en al dan niet met zonnebloemen. Ook de fijne grasveldjes met molinia waren prachtig onder een blauwe hemel met witte wolken. Martha bedankte Peter voor het inzaaien van al die mooie bloemen en vergaf hem de lusjes. Marja waande zich in Frankrijk en had de neiging de man op de trekker in Terwupping te groeten met ‘bonjour’.

De 10 Boetenbaintjes wisten het zeker: deze wandeling komt de volgende keer opnieuw in de top 5. Want hij was natuurlijk niet precies hetzelfde als de vorige keer, en daarmee nieuw.

We begonnen bij de Wedderbergen en liepen via Wedde al snel langs de Ruiten Aa (of de Westerwoldse Aa), vlak langs de mooie met wilgenroosje, kattenstaart en spirea begroeide oever door het hoge gras, dat deze keer geen natte schoenen en benen opleverde, maar muggenbeten en brandnetelprikken. Omdat de natuur overal heringericht moet worden, hadden ze ook hier een deel van de Aa op de bulldozer genomen om hem nog meer te laten meanderen, maar daardoor was het pad weg en niet onderhouden  Brandnetels en bramen dus, lekker in de korte broek. Ook was de brug nog niet af en lag er alleen een deel aan de overkant. Te ver om te zwemmen, dus terug dan maar. Gelukkig was er wel pas geleden een zogenaamd ‘ommetje’ aangelegd en bereikten we via een mooi pad en al die korenbloemenveldjes Smeerling, alwaar we heerlijk in de schaduw genoten van koffie/thee en appelnotencake.

Eenmaal weer op weg riepen passerende fietsers ons toe, dat we er mooi weer bij hadden. Wij beaamden dat: het was zeker niet koud. Een passerend echtpaar zorgde voor veel lol. Nadat ze ons gepasseerd waren stapte mevrouw af en reed meneer een beetje door. “Jan, Jan”, riep ze een paar keer. Onze Jan D. vroeg meneer of hij Jan heette. “Ja, maar ik reageer niet altijd direct”, antwoordde hij. Bij de volgende passage begroetten we ze met “Dag Jan en aanhang”. Hierop zei Jan nogal luid: “Ik heb een bewerkelijke vrouw”. Geen twijfel aan wie de broek aan heeft.

Zoals iedere zomer kregen we van Jan D. les in de namen van de granen en leerden we weer het verschil tussen haver, gerst en tarwe. Volgend jaar vragen we het weer, want dan zijn we het vergeten. Ook waren er veel hectares met wuivend hennep en paarse en witte aardappelen, die nog net in de bloei stonden, hoewel van sommige het loof er al afgehaald was. Dat gebeurde omdat het pootaardappelenwaren en groot genoeg en niet meer moesten doorgroeien, aldus Jan.

We verruilden de Aa voor het Veeler diepje, maar het gras bleef hoog, de muggen staken en het zaad van het gras kriebelde en plakte aan je benen. Zweterig weer en de Wedderbergenplas lonkte om erin te springen, maar de lust naar bier was groter en zo zaten we na 25 kilometer om kwart voor vijf aan het bier.  Zelfs ik dronk bier.

Peter werd uitbundig geprezen en bedankt en in het zonnetje gezet. We verlangden allemaal naar een douche na deze prachtige, zonnige, zweterige superdag.

Mariette