De Boetenbaintjes

Hunebed4

Dit is de nieuwe naam van het septemberweekend. Er passeerden nog allerlei andere namen, zoals herfstkamperen, najaarskamp en zomerkamperen. De meerderheid van de 18 BB-tjes koos voor nazomerkamp.

En nazomer was het. Korte broek, lekkere temperatuur, zonnetje, volle maan, warme avonden en nachten en drie druppels regen.

Peter en ik gingen al op vrijdag. We hadden 3 pogingen nodig om de kortste route van het station naar de camping te vinden. Maar de volgende 3 keren ging het dan ook vlekkeloos en konden we de route moeiteloos vinden, ook in het donker.

Wim, Janny en Annemiek hadden de tentjes ook al staan. Het was een mooie camping. Minpuntjes waren dat de verlichting 's nachts minimaal was en de douches het de volgende dag niet deden. Het bleek dat de stroom uitgevallen was, waarschijnlijk omdat Wim ergens een stekker had uitgetrokken. Maar we kregen de 50 centmuntjes terug.

Op zaterdag kwamen er op station Zutphen nog 9 BB-tjes uit de trein rollen en ook Margot en haar zus Joke meldden zich daar. In Brummen werden we opgewacht door de 2 veurlopers, Marja en Magreet S. en rooie Thea en konden we op pad. Met het pontje staken we IJssel over, passeerden 1 van de 7 dikste lindebomen, die van de ondergang was gered, en zaten na drie kwartier aan de koffie en het appelgebak op het terras van de Gouden Leeuw in Bronkhorst. Een prachtig hotel in een al even mooi dorpje.

We gingen verder over de dijk met mooie uitzichten en hadden lunchpauze bij een sluisje in het gras. Een luid blaffende, jonge herdershond zorgde voor angstige momenten. Hij kwam steeds dichterbij en bleef hard blaffen. Witte Thea dacht dat hij vooral nieuwsgierig en onzeker en bang was, en ik riep nog dat blaffende niet bijten, maar dat maakte ons toch niet minder bang. Eindelijk kwam zijn baas aanrennen, riep hem luidkeels toe en toen rende blaffer als een speer naar huis. De koeien die we daarna passeerden waren geloof ik ook bang. Ze spoten met zijn allen van die lekkere dunne stront met luid gekletter in onze richting. We konden de lunch nog net binnenhouden.

Chocolaterie Madgalena in Wichmond had weer hele andere geuren. En mooie bonbons, en hele fijne pure hagelslag en koffieboontjes. Wat een feest. Landgoed Hackfort had een mooie watermolen en een bijzondere vistrap. Deze was gemaakt van dat bruine, roestige ijzer, waar de vissen doorheen moesten slalommen, omdat de doorgang de ene keer aan de rechterkant en de andere keer aan de linkerkant was. Als je als vis niet oplette, stootte je regelmatig je kop. Bij kasteel Vorden hadden we allemaal de pijp wel uit en wilden we de rugzakken af en de schoenen uit. Na 3 kilometer mocht dat ook eindelijk. De douches deden het weer en er was wijn. Dan ben je het leed snel vergeten.

We aten in het Meestershuis allerlei lekkere hapjes en liepen tevreden naar de camping, waar een gezellig buurtfeest was, met stoelendans en meezingmuziek. Het geluid was bescheiden en hield ons niet uit de slaap. 's Ochtends verblijdde Margot ons met haar prachtige, zilveren, lichtgewicht pyjama, braken we na het ontbijt de tentjes af en gingen om 10 uur weer op pad. Het zonnetje scheen, de fleece kon uit en de zonnebrand kon op.

We slingerden door het bos, waar een hele grote zwam door alle fototoestellen vereeuwigd werd. Het leek wel een fotosessie van het koninklijk paar. Nu was ze ook heel mooi en ze leek op een door een organisch architect ontworpen kasteel. We kwamen alweer langs zo'n prachtig buitenhuis met een fantastische moestuin met dahlia's en hele hoge zonnebloemen. Voor we de Berkel bereikten kregen we van onze attente veurloper Margreet het sein: laatste (beschutte) plaspauze.

Langs de Berkel staat de gerestaureerde Staringkoepel te pronken. Je kunt met een trekbootje oversteken. Per keer mogen er 6 personen op, wat mij deed denken aan de kabelbaan in Ierland naar Dursey Island waar 6 personen of 1 koe in konden. Vanuit de koepel heb je een fantastisch uitzicht over de Berkel. De koepel is gebouwd in opdracht van Constantia Ernestine Theodora Staring, dochter van de dichter Staring. Zij placht daar zonnige middagen door te brengen en kon met een belletje de bediendes op de boerderij laten weten dat ze thee bliefde. Zowel de naam als het portret laat de verwantschap met onze rooie Thea zien. We genoten van de koepel, de brandende zon en de boterhammen.

Na nog 3 kwartier wandelen langs de Berkel bereikten we Lochem, waar het bier lekker smaakte. We bedankten de veurlopers, de weekendcommissie en onszelf en brachten een toost uit op Margot die haar eerste rugzaktocht goed doorstaan had. Zoals we gekomen waren gingen we uit elkaar. We vielen in steeds kleinere groepjes uit elkaar en uiteindelijk zaten Peter en ik weer samen in de trein naar Zuidbroek.

Mariette