De Boetenbaintjes

Hunebed4

Geiten zijn best aardige beesten. Vooral als ze achter een hek zitten. Hierover later meer, want die geiten zitten pas op de helft van de wandeling. Maar ja, onze vaste vaste verslaggever ontbrak en dat realiseerde ik mij pas na de frambozen. Toen was er inmiddels heel wat gebeurd, maar in welke volgorde ook al weer?

Het begon allemaal anders dan de bedoeling was. We liepen niet de wandeling Mantingerzand die op het programma stond, want er waren te weinig auto’s. Gelukkig had onze veurloper Jan D. dat al aan zien komen en had hij een plan B. Een aantal ging met de bus naar de carpoolplaats van Borger en de rest reed daar met auto’s naar toe.

Vanaf daar leidde Jan ons door het bos en langs aardappelvelden die prachtig in bloei stonden. Volgens Martha kan daar geen bollenveld tegenop! Tel daar het prachtige wandelweer bij op, vermenigvuldig dit met een lekker koel briesje en je hebt een heerlijk dagje wandelen te pakken. Zo liepen we langs de hei, die ook alweer begint te bloeien, totdat Jan plotseling aankondigde dat het tijd werd voor koffie. Even leek het er op of we inspraak hadden in de keuze van het koffieadres, maar nee, met zo’n plan B is het zaak de teugels strak in de hand te houden. Dus werd het ’t Nije Hemelriekje. En dat bleek een goeie keuze, want op weg daar naar toe kwamen we langs de afgravingsplas die turqoise blauw schitterde alsof we in de Mediterranee liepen. Wel even oppassen voor de mountain bikers, maar die hadden zelfs iemand aangesteld om het modderpad voor wandelaars weer netjes te maken, dus ons hoorde je niet.

Eenmaal achter de koffie probeerde Annemiek nog even Jan z’n schema in de war te gooien. Zij wilde na de wandeling hier weer naar toe, want er was die avond live-muziek. Helaas voor haar paste dat niet in plan B. En na de koffie kwamen dus die geiten. Eerst nog even over een hek, best een uitdaging, want er waren ook twee rokjes onder ons. We waren het hek nog niet over of die geiten hadden mij al in het vizier. Ooit ben ik op de hoorns genomen door een enorme geit van een klasgenootje. Die zette haar hoorns klassiek onder mijn billen waardoor ik als Dick Trom de lucht in vloog. Ik klom dus als één van de eersten aan de overkant van het veld over het hek. Made it!

En na de geiten kwamen de frambozen. Die moet je hoog plukken, want anders kun je hondsdol worden. Geen hoge framboos meer te vinden daar. En ja, nu heb ik de volgorde helemaal te pakken, want na de frambozen kwamen de hunebedden. Iedereen had zijn of haar eigen zitsteen. En waar praten wij over als we op een hunebed zitten? Juist ja, over ‘brokjes’. Broekjes die er uitzien als een rokje. Maar is dat nou een boetenbains woord of bestaat dit echt? Jullie speciale verslaggever heeft dit inmiddels even gegoogeld. En dit woord bestaat echt!

Na de hunebedden liepen we weer richting Borger. Met het terras in zicht viel er toch nog wat gedrup uit de lucht. De helft ging de bus weer in en de andere helft zat droog onder een enorme zonwering (lees: regenwering) nog even na te genieten van een prachtige dag. Jan, namens ons allemaal, dank!

Erna