De Boetenbaintjes

Hunebed4

Het is niet handig om vlak voor het winterkampeerweekend je heup te breken. Nou is het natuurlijk überhaupt niet handig je heup te breken, maar de timing was helemaal fout. Op dinsdagavond gleed ik uit in de douche: een veel voorkomend huis- tuin- en keukenongeluk. In een split second lag ik op mijn rechterkant, bovenbeen en bovenarm hadden het meest te lijden, gelukkig was het hoofd niet tegen de stenen zijkant geklapt.

Het deed pijn natuurlijk en bovenal was ik alleen thuis. Geen alarmknop om en geen mobieltje bij de hand. Dus maar proberen overeind te komen. Dat lukte. Ik kon nog een beetje op het rechterbeen staan en links is sterk genoeg. Afdrogen en met een nieuw silly walk naar de slaapkamer om me aan te kleden. Daarna met koffie op de bank voor de tv en wachten op Peter. Die was er om een uur of tien en schrok natuurlijk. Maar goed, ik dacht aan een fikse kneuzing en om nou zo laat op de avond nog naar zo’n huisartsenpost te gaan?

De volgende dag kon ik me nog steeds goed met de silly walk voortbewegen. Dan kan het toch niet gebroken zijn? Ja, dat bleek toch te kunnen. Na de foto werd ik meteen doorverwezen naar de spoedpoli, en voor ik het wist zaten er 3 schroeven in mijn heup. Buitengewoon vreemde gewaarwording als je hele onderlijf verdoofd is en daardoor heel zwaar en vervormd aanvoelt en niet bij je lijkt te horen en om op het scherm te kunnen zien wat de chirurg doet. Een simpele ingreep, want de kop stond nog omhoog, dus geen totaal nieuwe heup.

Een ziekenhuiservaring is ook nooit weg. De laatste keer dat ik er lag was ik 4, dus daar weet ik niet zoveel meer van.  Lieve verpleegsters, en koffiebrengsters, en beddenrijders, en etenbrengsters en fysiotherapeuten, en medekamerbewoonsters (hoewel er eentje de hele nacht keihard snurkte en andere bizarre,  goed hoorbare geluiden maakte). De temperatuur is minder fijn, evenals zo’n plastic matras en plastic kussen en het feit dat je geen kant op kunt, alleen op je rug liggen met een katheter en een infuus.

Vrijdagochtend gelukkig alweer thuis met krukken, looprek en een plasstoel. Aan zo’n looprek kun je toch wel een licht tentje en een slaapzak hangen? Het tempo zal niet zo hoog liggen, maar met een beetje solidariteit kom je een eind. Het leek Peter niet zo’n goed idee, dus belden we af, maar Peter zorgde nog wel voor de nasi, de bittertjes, de brander en de aanmaakblokjes. Jan R. kwam ze halen, want hij ging eerst naar de camping en liep de rest dan tegemoet. Hadden ze allemaal toch weer mazzel, want de scheelt in het gewicht. Kan er een extra donsslaapzak mee, toch Thea?

Nou was er eigenlijk geen sprake van winterkamperen, want de temperatuur lag op zaterdag ruim boven nul, ook ’s nachts. Gelukkig steekt in de loop van de nacht een harde en koude oostenwind op, die de hele zondag blijft doorwaaien: heb je toch nog een beetje het gevoel van winter. Ik wacht wel tot het echt vriest. We hebben via watsapjes (ja, Peter is ook modern geworden) wel contact gehouden. Gisteravond was om 22.40 uur trouwens al het laatste apje met de vraag  "Peter, slaap je al?" Hij kreeg geen antwoord. Ze gingen natuurlijk vroeg naar bed omdat er zonder ons helemaal niets aan is, want drank was er genoeg.

Maar ja, voorlopig zit een wandeling er niet in. Ik mag minimaal 4 weken mijn rechterbeen niet belasten en daarna misschien wat meer en/of helemaal. Ik doe mijn best de beenspieren ondertussen wel te trainen, zodat ik als het mooi weer is weer normaal op beide benen kan staan en lopen. Gelukkig heb ik bijna geen pijn, hoewel dat tegelijkertijd gevaarlijk is, want dan wil ik misschien te veel. De tijd zal het leren.

De moraal van dit verhaal: stap nooit achteruit in een natte douche, zeker als er geen antislipmat in ligt (nu natuurlijk wel, maar nu kan ik niet vallen, want ik zit op een stoel onder de warme straal) en neem je mobieltje mee als je alleen woont of alleen thuis bent.

Mariette