De Boetenbaintjes

Hunebed4

Norgsneeuw
Op het station moesten we eerst eens goed kijken met wie we van doen hadden want iedereen zat goed verstopt achter sjaals, mutsen en aanverwante winterartikelen. De ijskoude oostenwind wilden we op deze manier proberen te trotseren. En dat is goed gelukt, waarover meer.

Naar goed gebruik wilden we om half tien vertrekken maar een aantal van ons dacht zeker te weten dat veurloper Henk nog naar het station zou komen. Ik meende zeker te weten van niet dus reisde ik af naar Norg via Peize, toch maar gevolgd door Jan die via Assen reed. Zonder routebriefjes dit keer want Henk verscheen inderdaad niet. Op de afgesproken startplek stonden Thea, Maria en Iet ons op te wachten. Ook Henk was er, zonder Josephine dit keer die vanwege een longontsteking het bed moest houden. (Beterschap, Josephine!) Het wachten was op Peter en Mariette, hoewel die altijd stipt op tijd of te vroeg aanwezig zijn. Dat gaf te denken en een blik op de app leerde ons dat ze thuisbleven om naar schaatsen te kunnen kijken. Nou ja, zeg!

Met 11 blije Boetenbaintjes gingen we van start. Blij omdat na een grijze week de zon begon te schijnen op het moment dat we onze eerste stappen zetten. En blij omdat we gelijk het bos indoken waar de wind geen rol van betekenis speelde. We spraken over onze mutsen, voor velen van ons een barriere vanuit ijdelheidsmotieven maar giechelend bekenden we elkaar ook dat we onze moeders via de muts in onszelf herkenden. En dat was niet helemaal gewenst kreeg ik de indruk.

Henk had van meet af aan stevig, heel stevig, misschien een beetje té stevig, de pas er in. Heel af en toe was hij enigszins bereid om op achterblijvers te wachten maar vooral niet te lang. De pauzes waren dan ook pauzetjes, maar dat kwam ook door de gekozen pauzeplekken: uit het bos en in de koude wind. De koffiepauze in het Jachthuis in Steenbergen dreigde ook bijna in het water te vallen, want ze gingen pas om twee uur open. Maar na wat wachten en aanbellen wilde de aardige eigenaar wel een kopje koffie voor ons zetten. Toen er ook nog warme chocolademelk, tosti's en appeltaart op de bestellijst werden geplaatst ontlokte hem dat weliswaar: "Jullie nemen gelijk de hele hand", maar hij ging toch voor ons aan de slag. En wij waren alweer helemaal blij.

BocnrollIn rap tempo liepen we daarna verder. Af en toe tegen de schrale wind in en dat was best lekker eigenlijk, maar meestal in de luwte. Onderweg waren er wat curiosa in de vorm van Hongaarse wolvarkens. Nooit van gehoord en heel aandoenlijk: een soort bruin schaap met een varkenskop. De tweede bezienswaardigheid kwam van Thea: een zeegroene Boc'n'Roll (zo heet het echt, ik kan er niets aan doen) van SNP waar je je brood milieuvriendelijk in kunt vervoeren. Geen gezicht en volstrekt nutteloos besloten we unaniem.

Voor de werkelijk prachtige finale door de Molenduinen riep Henk ons even bij elkaar en tot de orde. Het was zaak om vooral goed bij in elkaars buurt te blijven om niet verdwaald te raken vanwege de vele kronkelpaadjes. Zo gezegd, zo gedaan en voor we het wisten stonden we om kwart voor vier weer bij het beginpunt waar we met rode winterwangen en 23 km in de benen het café binnenvielen voor de nazit.

Marja