Boetenproat
Wandelweekend dag 1: Een vos in het Hazenleger in Wolfheze
Het was een dierrijk en mensarm (tenminste als het gaat om het aantal BB-tjes) en prachtig wandelweekend. Met zijn zessen begonnen we het weekend in het huis van Janet en Arjen aan het Hazenleger in Wolfheze. Janet is de initiatiefneemster van het winterkamperen en Arjen is een natuurliefhebber en – kenner pur sang.
Hardloper, veurloper, e-biker
Jo, in 2003 werd je lid van de Boetenbaintjes omdat hardlopen het lijf te zwaar viel, en wandelen een nieuwe uitdaging was. Nu het wandelen moeizamer gaat, of in ieder geval pijnlijke naweeën geeft, schakel je over naar E-biken. Bewonderenswaardig vinden wij dat je er telkens weer in slaagt om uit te gaan van wat je nog wel kan, je daar met minimaal 200% instort en binnen de kortste keren alle ins en outs van je nieuwe passie kent. Je gaat altijd voor het maximale. Toen je het wandelen ontdekte, nam je geen genoegen met wandelen in de 3 noordelijke provincies. Nee je moest de hoogste bergen beklimmen en de verste landen bewandelen: Nepal, Mount Kenia, Patagonie, Cuba. Je neemt ook geen genoegen met een plek in de achterhoede, het liefst ben je eerste, maar minimaal derde. En je wist/weet alles over schoenen, rugzakken, tenten, onder- en bovenkleding, voeding en GPS, zoals je nu alles weet over e-bikes, fietsendragers, actieradius, oplaadpunten, apps en knooppunten.
Pontje en pondjes
14 BB-tjes en 5 auto’s hadden zich verzameld op de ons zo vertrouwde, winderige plek op het station. Die aantallen zorgden al gelijk voor de eveneens zo vertrouwde verwarring bij het vertrek, want we wilden de pont van 11 uur in het Duitse Ditzum halen en een auto wegzetten zou tot een riskante vertraging leiden. Dan maar 2 auto’s met 2 inzittenden, en 3 vollere auto’s. Gelukkig had iedereen een goede TomTom, al wist Wim niet helemaal zeker of ook Theo zo’n ding had. Ook kon hij zich niet herinneren of hij hem wel een routebeschrijving had gegeven. Even wachten dus maar bij het station tot hij voorbij zou komen, maar wie er voorbij kwam: geen Theo. Die bleek al weggereden te zijn. We hoopten maar dat hij wist waar hij naar toe moest.
Het land van boer Koekoek
De bestemming van de zaterdagse wandeling was Elim, ergens achter Hoogeveen/Coevorden. En we kwamen door dorpjes als Nieuwlande, Dalerpeel, Dalerveen en Elim. Hollandscheveld stond telkens op de bordjes, maar we kwamen er niet doorheen. Niet iedereen kende Boer Koekoek, dus even een kort geschiedenislesje van deze kleurrijke figuur uit de zestiger jaren.
Een brokje in Aalden
1 Veurloper, 3 vrouwen (waarvan 1 in een brokje) en 2 auto’s: that was all there was op het stationsplein op zaterdagochtend om te gaan wandelen in Aalden. Thea was speciaal via Groningen gereden omdat Peter bang was dat er te weinig auto’s zouden zijn. Dus ging Martha op de heenweg bij haar in de auto en op de terugweg bij ons, zodat Thea rechtstreeks naar huis kon: de chauffeurskosten werden eerlijk gedeeld.
(G)een brokje in de Kibbelkoel
Toen Peter en ik op het station aankwamen werden we begroet met luid gejuich van de wachtende Boetenbaintjes. Ik dacht dat het was omdat wij de drank vervoerden voor de jaarlijkse picknick. Maar nee, ze waren blij dat er tenminste 1 auto was om naar het beginpunt te rijden. Daarna volgende nog 4 auto’s en was er plaats genoeg voor 18 picknickgangers. Laura R. die optimistisch in korte broek gekomen was, want in Delfzijl scheen de zon, deed toch haar pijpen aan en Sietske zelfs haar regenbroek, wat wel erg pessimistisch was.
Wuivende weiden in Westerwolde
Behalve de bloemrijke alpenweiden in het voorjaar ken ik niets mooiers dan de wuivende weiden in Westerwolde, begin juni. Of misschien is het andersom of moet je niet willen vergelijken, maar mooi waren ze. Met bloeiende grassen en zuring in tinten van bruinroze, naar zachtroze, naar roodroze, naar hardroze, naar donkerroze, soms alleen het donkerroze/rode van de zuring met heel veel geel van de scherpe boterbloem, aan de randen de rode en witte klaver en de leeuwenbekjes. En omdat het stevig waaide was het alsmaar in beweging en bewogen de kleuren mee.
Achter de veurloper an
Peter had zijn veurlopersshirt uit de mottenballen gehaald; dat kon je wel zien, de gaten zaten erin. Hoewel dat volgens hem kwam door een avontuurlijke tocht door de bramen. Soms kon je hem beter niet volgen, bijvoorbeeld tijdens de rit ernaar toe; wij reden kilometers om. Jan volgde ons dan ook niet en deed gewoon wat er op het briefje stond, dat Peter gemaakt had. Toen we op de parkeerplaats kwamen, meldde Berend dat Jan een kwartier geleden de parkeerplaats opgereden was, en meteen er weer af, Berend wist niet waar hij was. De moderne communicatiemiddelen werkten niet mee: Peter had geen bereik en Jan geen beltegoed. Maar tenslotte kwam alles goed en konden we om half elf met z’n negenen op pad vanaf camping De Oude Willem, waar sommigen van ons mooie herinneringen hadden aan winterkamperen.